Als jongetje van 5 heb ik mezelf ‘groot’ en ‘volwassen’ verklaard
Met die gedachte liep ik al een groot deel van mijn leven rond. Als een constatering, zonder naar gevoel. Een relatie met hedendaags gedrag van mij zag ik niet, en ook geen aanleiding om daar in te duiken. Het leven is van nu en morgen.
Ik raakte in gesprek met iemand die bezig was met eigen trauma
verwerking en zij raadde mij het boek aan van Jan Geurtzen. Dat opende een wereld van inzicht. Vooral resoneerde gevoeligheid voor afwijzing en zelfafwijzing. Opgestart in mijn vroege jeugd. Dat leidde bij mij tot afsluitgedrag en disproportionele woede. Waar belangrijke anderen last van hadden.
Reden voor mij om met mijn jeugdtrauma aan de slag te gaan
Mijn leeftijd( 72) maakte niet uit, ik heb immers het eeuwige leven.
In dezelfde tijd las ik het boekje: mensen zijn ingewikkeld. Daardoor kwam ik op het idee met 2 verschillende therapeuten te werken,
er veel over te vertellen in mijn sociale omgeving en er aandacht aan te geven in zelfreflectie en meditatie. Ik hield ook verslag bij van het proces en als het kon ging ik voor en na iedere therapie sessie min. een uur wandelen.
Zonder therapie was ik niet veel opgeschoten
Het gaat wel om de goede inzichten en het vinden van een weg om oude vastzittende emoties een plek te geven, respectievelijk voldoende te laten wegvloeien.
Ik heb leren accepteren dat mijn moeder niet kon geven wat nodig was, en mij zelfs voor de opgave stelde haar liefdevol te helpen. Een onmogelijke opgave, waardoor mijn enige oplossing was te ontsnappen door ‘mijn eigen weg’ te gaan. Daarbij geholpen door een ongewone dosis slimmigheid. Maar daardoor ook onbewust een grote bak verdriet en pijn opgeslagen.
Die bak is toegankelijk geworden
en ik heb een manier gevonden om die grotendeels weg te laten vloeien
Als resultaat van dit proces zijn mijn gedragsgevolgen vrijwel verdwenen.
Bovenop mijn normale ‘sterkte’ is een laagje veerkracht gekomen.
Xander Milo ( pseudoniem, echte naam uiteraard bekend bij Laura)
…….Elke maandag plaste de directeur vrolijk fluitend…..
De psalmen van gisteren moesten eruit.
Mijn vriendin en ik keken misprijzend….
Na de MULO versleet ik heel wat baantjes. Als ik het niet meer leuk vond stapte ik op. Omdat ik bitter werd van de mensen om me heen. Altijd nare opmerkingen, geen enkel complimentje. Baantjes genoeg voor mij dacht ik.
Vlak na mijn examen in 1968 werkte ik met mijn vriendin bij de ABN in Hoofddorp. In de zomervakantie. We waren zestien.
Elke maandag plaste de directeur vrolijk fluitend zijn harde straal
de wc-pot in. De psalmen van gisteren moesten eruit? Mijn vriendin en ik keken elkaar misprijzend aan -want dunnen muren- en proestten het uit bedenkend dat hij een blije werker was, terwijl zijn vrouw met een schare kindertjes, die de plasser opgeleverd had, thuisbleef.
Bitter over zijn leven
Al eerder behandelde ik bittere cliënten en hielp ze er vanaf. Bijvoorbeeld de vrouw die verkondigde dat er niets na de overgang was.
Zij kreeg wat ze wenste, een mooi leven –natuurlijk blijven er nieuwe problemen komen, maar je kunt ze veel beter aan- een klein baantje zodat ze haar financiën op orde kreeg.
Over mijn bittere cliënt
Meneer is 65 een paar keer getrouwd. Haatverhouding met zijn exen, en hij ziet zijn kinderen en kleinkinderen niet.
Want. . . . . . en hier gaat de doos van Pandora open.
Hij is begaafd en intelligent. Kan in zijn werk andere
mensen ontzettend goed begeleiden en ze tot aanzienlijk grote resultaten brengen.
Dat is zijn werk, en door zijn intelligentie lukt dat goed.
De intake levert op dat hij nooit een compliment van
zijn ouders kreeg, maar wel kritiek.
Akelig strak en onder de duim gehouden, zodat hij geen ontwikkelingsmogelijkheden had.
Pas nadat hij hoger onderwijs kreeg, ontdekte hij de wereld en zijn mogelijkheden.
Ik zei het al, superintelligent. Maar bitter, zo bitter dat het van zijn lichaam af te lezen is. Allerlei lichamelijke klachten, vooral darmklachten.
Zodoende was hij ongezond mager
Weet je, het lichaam vertelt jouw verhaal. Verbaal was hij ontzettend sterk. Zodat hij met de therapie stopte. Hij stelde moeilijke vragen in de mail. Maar was al gestopt.
Ik antwoordde dat als hij het kunnen oplossen met zijn verstand,
dat hij dan allang van zijn probleem af zou geweest zijn.
Jammer dat de denker dan de baas wordt, zodat je lichaam erachteraan hobbelt. Zijn lijf voelen dat werd een heel ander verhaal.
Omdat zijn intelligentie de baas was en bleef, stopte hij met de therapie.
En ook mij ging hij dingen verwijten en supermoeilijke vragen stellen
Want dat was zijn hele leven al zijn strategie. Ik beantwoordde zijn vragen niet, maar vertelde hem dat dit zijn denker was, en hij het met al zijn therapieën nog niet opgelost had. Dat zijn lichaam de verliezer was in dit hele gebeuren. En wens hem alle goeds in zijn komende leven.
Wist je dat je lichamelijk ziek kunt worden van boosheid, woede en verdriet, als je ze opkropt?
Een paar regressiesessies brengen verlichting in je gevoel én in je lichaam
Zodat sommige cliënten vragen of ik het licht aangedaan heb, of het al zo licht buiten was. Is de zon gaan schijnen?
En weet je, daar raak ik als therapeut én mens ontroerd van.
Daarom blijf ik dit mooie werk nog doen. Ook al word ik dit jaar 70
De prijzen gaan 1 april 2022 omhoog.
En dit is geen grap.
Van 150 naar 175 €
Boek vier sessies voor de oude prijs.
Momenteel is er een korte wachtlijst van een maand.
Vanwege de privacy heb ik alle gegevens zodanig verwerkt dat de cliënt er zich niet in herkent.
Ps. Ik houd van het platteland, van koeien, van boeren. Ik wil niet dat de boeren onteigend worden. Er zijn te weinig boeren.
Ik schreef dit verhaal een aantal jaren geleden, toen ik het boek van Philippe Claudel, “De wereld zonder kinderen”, las.
Achter de heuvel
U denkt misschien dat dieren niet kunnen praten. Nou daar vergist u zich. Wij doen dit telepathisch. Niks geen computer of mobiel. Gewoon energetische verbinding. U kunt het ook, door concentratie, afstemmen en goed luisteren. Maar hoogstwaarschijnlijk bent u het verleerd. Wij zijn de koeien die op een winterochtend in de ijskoude wei staan, met de nevel hoog rondom onze poten. Zodat het lijkt alsof we ons zwevend voortbewegen. Romantisch plaatje zult u zeggen. Realiseert u zich dan óók, dat dit mooie plaatje, in uw mond verdwijnt.
De boerenschuur meurt naar stinkende boer, met zijn walgelijke mensenlucht en zijn vrouw die nog erger stinkt. We mogen van geluk spreken dat zij maar af en toe komt.
We hebben er schoon genoeg van dat de mens denkt dat wij speciaal voor hen geboren zijn. Want als we niet genoeg melk geven, dan hup, moeten we naar de slacht. Als die stinkende veewagen het erf oprijdt, is de spanning onderling groot. Want dan volgen die erbarmelijke taferelen. Hoe zo’n ruwe man jouw maatje aan haar staart trekt, haar de wagen induwt, terwijl de boer haar hardhandig slaat en duwt.
Of nog erger, hoe er met een stok tegen haar poten wordt geslagen. Kúnnen ze wel! Wie zal er nu weer aan de beurt zijn? Clara III, wiens melkopbrengst terugloopt of Jacoba II, zij met het witte stipje op haar zwarte kop, die de laatste tijd mankerende is? U denkt misschien, hoe weten zij dat ze hun dood tegemoet gaan? Nou dat is voelbaar. Want als een van ons het leven gelaten heeft in het abattoir, valt de communicatie stil. Onze collega ligt onevenredig, uitgebeend, opgedeeld in onherkenbare stukken in de vitrine van de slager, wachtend op clientèle. Waaronder u.
Met goed weer zijn we het liefst buiten, waar we kunnen grazen in een weiland met een schuur of afdak als bescherming tegen regen en harde wind.
Afgelopen nacht – toen de actie begon – hingen de katten net zo lang aan de deurklink totdat die openging om ons te bevrijden. Zij voelen met ons mee, ook al is het voor hun anders. Zo worden sommige katten bij een wedstrijd tentoongesteld, hun vacht gekamd en geföhnd. Ze moeten op een kleurig kussen stokstijf staan om zich te tonen aan het jurylid dat langskomt. Dit alles voor een nog hoger cijfer en misschien wel een prijs dat hun ijdel baasje wil binnenhalen! Ook zij gingen mee naar achter de heuvel.
Afgelopen nacht hielpen de honden van groot tot klein mee. Ze sprongen met twee poten gestrekt omhoog tegen het houten schot in de stal, dat de deuren gesloten hield, daarbij netjes hun blaf inhoudend. Net zo lang tot alle deuren open waren. Dat zijn honden die met geblokte rugdekjes, onlangs nog mee moesten, gewassen en gekapt met een bespottelijk strikje in het lang gekrulde haar. Ze werden naar zo’n grote hal waar rijen met genummerde tafeltjes staan meegenomen. Waarbij de jury langskomt, om oren neus en ogen op mijt en vlooien en weet-ik-wat-ze-nou-weer-verzonnen-hebben na te kijken. En of die neus wel nat is en voldoende glimt en al dat soort idiote onzin. Door mensen bedacht.
De honden wezen ons de weg naar achter de heuvel.
Onwennig met deze vrijheid, liepen we eerst in waggelgang met slingerende uiers richting heuvel. Konden we wel springen en rennen zonder dat onze melk zuur zou worden? Ach, wat ook, we waren bevrijd van het juk van de boer. Terwijl we ons meer en meer bewust werden van wat er aan de hand was renden we onze vrijheid tegemoet. Ook de paarden waar nooit op gereden werd, zodat ze iedere dag suf en sloom tegen de afrastering stonden, werden bevrijd. Zij renden eerst in sukkeldraf en schakelden toen over in galop, naar achter de heuvel.
Het gras in de weilanden groeide afgelopen weken tot kniehoogte, het miste de koeientand om het te korten. De boeren, ze waren ten einde raad en kochten uiteindelijk een grasmaaier. En de mensen? Die waren boos, nou ja, dat is nog zacht uitgedrukt. Ze waren razend. Wat moesten ze zonder vlees en melk?
Maar weet u, nu dat wij achter de heuvel zijn, dénken we er niet aan om terug te gaan. Het gras is veel groener. Telepathisch alles in orde. Als je heel goed luistert hoor je zelfs het tevreden geluid: “Boe”.
In Doc2 “Getekend, veteranen in therapie’’ vertelden de veteranen in 2014 over hun leven. Voor mij zijn het helden. Net als Coen Verbraak die ze een jaar lang interviewde. (Helaas is de documentaire niet meer te zien)
Bijna zou ik jaloers op hem worden als ik niet wist dat die trauma’s Verbraak niet geheel onberoerd laten.
Tien jaar geleden ontmoette ik tijdens een PIZ (pensioen in zicht) cursus
Adriaan Theodoor de Winter. Elke ochtend zocht hij een ontbijttafel andere mensen uit, om zijn levensverhaal te vertellen.
Zijn eerste vriendinnetje overleed in het kamp tijdens van WO-II, waarna hij als jongen van achttien, ná alle verschrikkingen naar Nederlands Indië moest. Omdat zijn psycholoog niet de tools had hem te begrijpen mee te voelen, laat staan hem te helpen, schreef hij hierover het boek: “Brief aan een psycholoog”.
Oorlogservaringen opgetekend door AadvandenRotterdamme. ISBN 90-5750-055-8 NUGI 648
Als beginnend regressietherapeut begreep ik toen dat hij 24/7 in zijn trauma zat.
Veteranenkinderen richtten de ‘’Stichting Anjerkinderen’’op. Ze zijn de nazaten van vaders die aan een Nederlandse missie deelnamen en worden vaak als borderliner of ADHD gediagnosteerd en krijgen daar zelfs medicijnen voor. Zelf denk ik dat de kinderen van, in de energie van de vader zitten.
Wat er écht aan de hand is, is dat ze ín vaders onverwerkte trauma’s zitten. Maar zich er geen raad mee weten. Iets van vader zit bij het kind, en als je het als ouder niet dráágt, doet het kind dit voor je. Energetische overdracht noem ik dat in mijn beroep.
Terwijl de vader PTSS
heeft vanwege de in zijn hoofd vastgehaakte beelden, beelden die blijvend zijn, geuren, woorden, agressieve gebaren, is hij een gevaar voor zichzelf en zijn omgeving. Angstig zijn voor iets wat zich in je hoofd afspeelt en elk moment kan exploderen.
Dát is de hel. Wanneer dit in de omgeving van kleine kinderen, en een echtgenote waar je van houdt, gebeurt, dan zit je in de dubbele hel, waar je niet zonder hulp uitkomt. Dus kunnen pillen uitkomst bieden. Hopelijk is dat tijdelijk.
Elk geluid, elke beweging elke ervaring wat líjkt op iets van die tijd, zet het mechanisme van vluchten of vechten aan. Terwijl je jong, sterk, in de kracht van je leven bent is het belastend voor je hele wezen. Je bent op ‘’vredesmissie’’ en je mag NIET ingrijpen.
Wat de gevolgen voor mannen/vrouwen in oorlogssituaties zijn, wordt al jaren onderschat. Gebagatelliseerd. Zoals in WO-I de shellshock. Dappere artsen die het opnamen voor de soldaten, werden verdacht van duistere psychologische praktijken. Ze zijn decennia lang in diskrediet gebracht. Niets aan de hand toch?
Kinderen kunnen zich vaak rommelig en verward in hun hoofd voelen. Ouders noemen het ‘’een druk, niet gefocust kind’’. Meestal is dit de energie van de vader. Wanneer je dit energetisch kunt teruggeven en daar laten waar het hoort, (in die oorlog) is er veel gewonnen.
Kinderen willen geliefd zijn, en als papa niet gelukkig is zullen ze altijd denken dat het aan hun ligt. Zodoende gaan ze het trauma, de chaos en de verschrikkingen voor papa dragen. Wanneer je het als volwassene niet zelf opruimt, draagt je kind jouw probleem met zich mee. Niks aan de hand, zegt papa!
Het komt voor dat er in de tweede of derde generatie de last van die oorlog of vredesmissie nog doorwerkt. Korte lontjes, gedrag waar je nooit van op aan kunt.
Ooit kwam mijn cliënt in een situatie terecht waar ze een op hoge berg kolen de kruiwagen vol stond te scheppen. Dit deed ze in haar zondagse jurk. Het duurde even voordat ze begreep dat ze in de energie van haar vader, die aan de Birmalijn werkte zat.
Ook kreeg ik een cliënt, die door haar – eerst normale- broer letterlijk onder tafel geschopt werd, omdat hij niet van lippenstift hield. Grote broer kwam totaal verknipt terug van Nederlands-Indie.
Waar het vanaf WO-I in Nederland aan ontbreekt is het serieus nemen van deze klachten. Deze mannen kunnen vaak alleen bij elkaar terecht met hun ‘’rare’’ problemen.
Iets wat niet bekend is – ik hoop was – in de gezondheidszorg.
Daarom ben ik –voordat ik de doc gezien heb – al een fan van Coen Verbraak.
De meeste veteranen, de vredesmissiemensen hebben hulp nodig. EMDR of een lieve hond, die er altijd voor je is. Schilderen, tekenen, therapie waar je je kunt uiten. Het geeft verlichting zodat je verder kunt met je leven.
Als regressietherapeut werk ik in de open wond.
Ik haal de cliënt uit de ervaring, uit de situatie. Daar moet ik soms ook even diep van zuchten en ademhalen.
Ik ben Laura Daggers-de Koning regressie en reïncarnatietherapeut sinds 2010
Kom ik in een vorig leven terecht? vraagt menigeen.
Wat ik weet, is dat als je problemen maar ernstig genoeg zijn, en je steeds maar weer in een andere vorm aangeboden krijgt, dan kom je vanzelf naar mij. Maar eerlijk gezegd kom ik daar niet zo vaak met de cliënt.
Maar áls je erin zit, dan weet ik heel goed hoe je eruit te helpen.
En zie ik de signalen ook meteen.
Zoals gisteren via Zoom een vorig leven zich ontplooide.
Zo fijn om je cliënt te zien opfleuren na een intensieve sessie.
Na afloop schreef ze me dit:
***Ik voel me alsof ik naar een andere wereld kijk. Het is helderder en het voelt alsof er een last van mijn schouders gehaald is en mijn hart ook vrijuit mag kloppen***
Eerlijk gezegd, wanneer je komt voor een aantal,
stuk of vier vijf sessies, dan heet het procestherapie.
En er zitten meestal vier weken tussen.
Zodat jij de tijd hebt om je weer herpakken en
te verwerken. Met mensen over die specifieke
situatie praten. Ze de vragen te stellen die
je nooit durfde, en nu wel dus.
Na de sessie kan het zijn dat het een beetje donker
wordt in je leven. Je lichaam kan reageren.
Maar je veerkracht wordt groter
en je levenslust ook.
Ik denk dat ik daar zelf het beste voorbeeld van ben.
Ik ben mantelzorger, mijn lief heeft dementie door Alzheimer en
heeft er vanaf gisteren nog bij dat hij een divertikelaanval had.
En dat hij nu medicijnen moet slikken.
Zodat ik steeds op moet letten of hij geen vast voedsel neemt. Soep maken, lekkere smoothies, als het maar vloeibaar is, zegt de huisarts.
Ik ben vier maanden geleden aan mijn heup geopereerd.
Met deze sneeuw zegt iedereen, vooral mijn kinderen, mijn fysio niet, dat ik NIET naar buiten moet gaan.
Terwijl het lijkt alsof we midden in de
wintersport beland zijn.
Nah die pistes moet je er dan zelf bij verzinnen.
Met Innerlijk Kind werken, zoals op de foto hieronder, geeft ook een snelle boost voor jou. Je krijgt na de sessie opdrachten van mij mee, om veel aandacht aan je beschadigde innerlijk deel te besteden.
Meestal heb je wel een foto van haar of hem,
die zet je dan in het zicht, zodat je er elke dag
een paar keer tegen kan praten.
Het zijn plaatjes, van die nare onbegrepen situatie,
die vast zijn blijven staan in je mind, je geest,
je onderbewuste. Misschien stuurde ik dit plaatje je al eens.
Maar het blijft de beste metafoor voor relaties die niet willen vlotten. En pijnlijk zijn, waarin je veel verdriet hebt.
En de ander jou niet begrijpt, omdat hij of zij vanuit
zijn pijnlijke deel met jou communiceert.
Heb je vragen? Stel ze gerust. Ik doe niets liever dan je vragen beantwoorden.
Vul dan mijn contactformulier in.
“Met ingang van 1 januari 2017 moeten alle zorgverleners in Nederland voldoen aan eisen die in het kader van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) worden gesteld. Ook onze/mijn praktijk voldoen aan deze eisen. Graag leg ik kort uit wat dit betekent.
Klachten functionaris
Het kan voorkomen dat u als cliënt van onze/mijn praktijk een klacht heeft over de geboden zorg. Onze/mijn voorkeur gaat er naar uit dat u deze klacht rechtstreeks met ons/mij bespreekt. Mocht u dat om welke reden dan ook niet prettig vinden, dan bieden wij/bied ik u aan om gratis gebruik te maken van een onafhankelijke klachtenfunctionaris.
Geschilleninstantie
Het staat u vrij – indien de bemiddeling van de klachtenfunctionaris niet tot het door u gewenste resultaat leidt – u te wenden tot de onafhankelijke en door het ministerie van VWS erkende geschilleninstantie waarbij wij/ik zijn/ben aangesloten.
Met ingang van [startdatum Wkkgz-registratie] 2019 is onze/mijn praktijk bij een erkende geschilleninstantie aangesloten. De geschilleninstantie is gemachtigd om bindende adviezen uit te brengen om zo tot een schikking tussen de partijen te komen. Eventueel kan ook een schadeclaim worden toegekend. Meer informatie vindt u via de website van het NIBIG.
Contact
Wanneer u een klacht heeft kunt u contact opnemen met het NIBIG via klachten@nibig.nl. Zij zullen u informeren over de mogelijkheden en eventuele verdere procedure.“
Jij bent het beste wat me het afgelopen jaar overkomen is
‘’Ik heb in korte tijd zoveel rommel opgeruimd, en voel me zoveel lichter. Je bent een topvrouw, bedankt!’’
Dit schreef mijn cliënt als vervanging van een kerstkaartje. Een vrouw die in haar eentje haar twee kinderen opvoedt. Gewoon een stoer wijf!
Ze volgde me al een tijdje op Social media. Instagram, LinkedIn en Facebook, en natuurlijk mijn website, en mijn filmpjes. Ze durfde geen contact met me op te nemen.
Toen ze het toch deed, ging haar leven, en dat van haar kinderen, in stroomversnelling.
Meestal heb ik nog wel ergens een gaatje in de week, of de volgende om met jou te werken. En soms moet je er een vrije dag voor opnemen.
Wanneer je één keer in de vier weken bij mij voor een sessie komt, krijgen je geest en je lichaam de tijd om te verwerken. Je geest begrijpt het eerder, maar meestal heeft je lijf iets meer tijd nodig. Want het is een proces, dat maar door en door gaat.
En mocht je bang zijn, het ergste komt toch nooit eerst. Ik stuur je, meestal een schriftelijke intake waardoor alles ‘’een beetje door de war’’ gaat.
En dat is ook mijn bedoeling dat jij door de war gaat. Want als je alles op zijn plaats wilt houden, dan komen wij samen niet verder. Eerst eens goed husselen en kijken wat je wilt houden en wat je kwijt wilt.
Maar ik wil altijd eerst een gesprek met je. Om je probleem scherp te stellen. Dat lukt meestal in twintig minuten wel.
Wat ik doe is zoeken naar je strategie. Eentje die je destijds, toen je 12 of 16 of 5 was hebt moeten toepassen om te overleven. Of soms was je al 30, dat kan ook.
De meeste ouders zijn gewoon liefdevol en doen hun uiterste best om iets
van de opvoeding te maken. Sommige ouders weten niet zo goed hoe ze ‘’leven’’ voor moeten doen, omdat ze zelf nog pijnlijke onverwerkte stukken met zich meedragen.
Ook weer meegekregen van hun ouders. En die ook weer, sommige familiekettingen gaan generaties lang terug. Ergens ontstond het bijvoorbeeld ‘’altijd hard moeten werken’’.
Omdat er anders honger was. Of ergens ontstond ‘’het geweld’’ binnen het gezin. Geweld waar over gezwegen werd. Anders brak je de code van het gezin.
Dus je hebt zwijggezinnen, daar waar nergens over gepraat werd. En je had gezinnen waar zoveel gepraat werd, dat het praten om het praten was. Om de stilte te vermijden. Uit wat voor gezin kom jij?
Ik had hem nooit van dichtbij gezien. Meestal zag ik hem op een afstand over zijn eigen boerenland lopen wanneer ik over de weg naar huis fietste. Dan bleef hij me volgen met ogen die als wespenangels in mijn rug haakten. Alsof hij me wilde steken en daarna verlammen. Als een bezetene fietste ik naar huis. Thuisgekomen smeet ik mijn fiets in de schuur en rende naar binnen.
“Was het weer zover?” vroeg mijn moeder en lachte fijntjes.
“Je zult er wel aan wennen, mannen zijn nu eenmaal jagers”.
“Hoezo, hij had helemaal geen geweer bij zich” hijgde ik in mijn domme onschuld.
”Ach, je komt er nog wel achter kind”. Het was een van haar vaste gezegdes.
Ik snapte niks van haar en van de wereld.
Ik snapte niks van mannen en nog minder van jagers. Wel voelde ik hoe mijn lichaam hier nieuwsgierig en geprikkeld op reageerde. Ik was dertien, geen kind en geen vrouw. Mijn plan was: alles en nog veel meer uit dit leven halen. In ieder geval meer dan mijn moeder, die met een boerenknecht getrouwd was en als enig uitje schoonmaken mocht op de boerderij.
Die enge buurman, waar we nooit kwamen, woonde slechts een paar honderd meter bij ons vandaan.
Het was een warme septemberdag. Toen de school uitging fietste ik naar huis om me snel te verkleden. Met aardappels rapen kon ik extra geld verdienen voor een duster. Nog maar net in de raappositie, met vóór me het stuk gerooide aardappels, naderde zijn korte gestalte. Het was de oude boer van hiernaast. Zijn ogen verslonden mijn lichaam. Toen we als arbeidersgezin hier kwamen wonen zei mijn moeder over hem: “Zorg dat je nooit met deze man alleen bent, want deugt niet”.
Mijn moeder overdreef altijd.
En daarbij, ik maakte zelf wel uit wat ik deed. Ik had ervoor kunnen kiezen om weg te lopen. Maar ik wilde zó graag de roze gewatteerde duster met kanten ruches kopen, die ik in de manufacturenwinkel gezien had, dat ik het metaaldraden mandje voor me uit bleef schuiven. Vól moest die mand, en de volgende ook. Met twee handen tegelijk raapte ik zoveel mogelijk aardappels in één keer. Als ik flink doorwerkte, kon ik wel vijf mandjes in een half uur halen.
Toen hij vlak voor me stond, sprak hij me vanuit de hoogte aan. Met zijn linkerlaars trapte hij enkele aardappels die ik nog moest rapen, diep de klei in. Mijn moeders woorden maalden door mijn hoofd.
“Zo, wie ben jij?” vroeg hij, zijn onderlip naar voren duwend. Ik wist niets uit te brengen, terwijl ik toch niet op mijn mondje gevallen was. Omdat ik pasgeleden mijn lange haar in een “beatle-kopje” had laten knippen, kon ik mijn gezicht niet verbergen.
“Ben jij van híér?” ging hij verder en stak zijn duimen achter zijn bretels waardoor zijn buik naar voren helde. Ik zat op mijn knieën en liet mijn achterwerk langzaam op mijn enkels zakken. Mijn ogen strak gericht op een punt aan de horizon, kon ik zijn ogen vermijden. Slechts het standsverschil, dat ik een dertienjarige dochter van de boerenknecht en híj landeigenaar van hiernaast was, zorgde ervoor dat ik niet wegvluchtte.
“Ja, ik woon sinds een jaar naast boer van Beem”, antwoordde ik kortaf.
Ik krabbelde omhoog en bekeek mijn vieze handen uitvoerig. Ik voelde hoe zijn ogen mijn lichaam aftastten en voelde me steeds onbehaaglijker. Toen ineens, keerde hij zich, zonder te groeten om, en beende over de nog ongerooide aardappelruggen richting boerderij. Met trillende handen streek ik de vieze vingers door mijn haar. Kleikorreltjes vielen naar beneden. Mijn adem stokte, mijn keel hoestte stof uit.
Mijn hoofd draaide zich af naar de nog ongerooide aardappelruggen die bedekt waren met blauwwitte bloempjes, die op hun groene loof zachtjes met de wind meebewogen. Nog één keer keek ik. Zijn bruine manchester broek slobberde om zijn benen. Vastbesloten geld te verdienen, zakte ik weer door mijn knieën. En dacht alleen nog aan de dertien gulden voor mijn duster.
Na het aardappelseizoen kwam boer van Beem bij ons aan huis. Hij kwam nooit zomaar langs. “Willem”, zei hij tegen mijn vader, “Het is al dagen stil op de boerderij van de oude boer hiernaast. Wil je er eens gaan kijken?”
“Ik ga niet alleen”, verweerde mijn vader zich, terwijl hij stuurs lángs de jonge boer keek. Samen gingen ze poolshoogte nemen. Nooit vergeet ik de uitdrukking op mijn vaders gezicht, toen hij terugkwam. Op mijn moeders vragende blik knikte hij zwijgend. Zijn ogen in een donkere blik naar binnen gekeerd.
Vooraf had de boer een uitgebreide maaltijd tot zich genomen. Een mierenkolonie en strontvliegen waren bezig de overblijfselen op te ruimen. Hij had een dik touw bij de ijzerwarenwinkel aangeschaft.
“Hij deed vieze dingen met jongens, hij moest zitten”, zei mijn moeder.
“Blijkbaar wilde hij liever hangen dan zitten”, giechelde ze en wriemelde zenuwachtig aan de stof van haar schort.
Mijn jongere buurjongens die dichter bij de man woonden en waar ik soms mee speelde, waren die dag achter de mannen aangeslopen. Jammer genoeg had geen van de vaders het ze verboden. Op een middag trof ik ze vechtend over de grond aan.
“Blauw was hij”, gilde de één. “Nietes, paars!” gilde de ander met overslaande stem. Ik wilde ze uit elkaar halen maar wist niet hoe.
“Hou op”, stampvoette ik. Toen ze mij opmerkten kwam er verandering in de kluwen. Grijnzend kwamen ze op mij af. Schel lachend draaiden ze bokkensprongen makend om me heen. “Zo ging het, zijn ogen puilden uit zijn gezicht. Kijk zo”.
De oudste tilde de jongste omhoog terwijl zijn handen diens keel dichtknepen. Dunne jongensbenen spartelden amper boven de grond. Het gepijnigde gezicht zwol rood op. “Nee, niet doen”, schreeuwde ik en sloeg mijn handen voor mijn gezicht. Door mijn vingers heen zag ik hoe die grote almaar bleef doorgaan. Machteloos en te bang dat ze mij ook zouden pakken, bleef ik trillend stilstaan. Vastgekleefd aan de vloer. Toen het gekreun wegstierf ging ik er als een haas vandoor.
Vroege zonnestralen verlichten de slaapkamer. Aan de kastdeur hangt mijn roze duster. De enge boer hebben ze begraven. De buurjongens hoef ik voorlopig niet meer te zien.
Copyright
Laura Daggers Transpersoonlijk Regressietherapeut Haarlemmermeer
Obsessieve energie heeft altijd verwantschap met een energie van onszelf. Meestal iets waaraan we in dit leven willen of zouden moeten werken.
Als we sterk in onze schoenen staan en daardoor goed in ons lichaam aanwezig zijn, kan er van buitenaf niets permanent bij ons binnenkomen. Er is altijd een contract tussen de gastpersoon en de obsessieve energie. Je zou kunnen zeggen dat het ‘’ons eigen doel’’ dient, qua aardse leerschool. In relaties, waarin sprake is van bezitterigheid, gebeurt dit jezelf weggeven regelmatig.
De obsessor die ik tegenkwam bij mijn kleinkind van tien, is nuchter en ruim gezien niet de kwaadaardige soort.
Omdat het kind al een tijd onverklaarbaar moe en chagrijnig was, dacht zijn moeder aan de prepuberteit. Op een avond toen hij niet slapen kon en erg moe en verdrietig was, kwam ik een onschuldige obsessor tegen. Het was een vrouwelijke zwerver, die onderdak en warmte zocht. Dit aanhaken gebeurt als je down, angstig of verdrietig bent. Zodoende vult een even passieve gelijkgestemde zwerfenergie van buitenaf die leegte bij jou op.
Daar moet je dan wel weer een stuk van jouw eigenheid voor inleveren. Door te ontdekken wat niet-eigen-energie is leren we wie wij zelf zijn, en een obsessor is niet-eigen-energie. Je kunt er maar beter vroeg bij zijn. Soms zitten ze in het huidige leven nog van een vorig leven. Zo verhuizen sommige obsessoren met elke incarnatie steeds mee. In therapie ontdekte ik bij een 70jarige man dat hij nog steeds de obsessor bij zich droeg. Die destijds bij zijn daderleven als gladiator aanhaakte. In zijn vorig leven had hij als gladiator een collega invalide geslagen. Die was hem zo erg gaan haten, dat die haat en wraak reïncarnaties lang met hem meeging. Steeds voelbaar. Zoals koude wind in zijn nek, of gevoelens dat hij achtervolgd werd.
Tijdens de sessie konden we zijn obsessor duidelijk maken dat hij allang dood was en hij terug naar zijn ziel kon.
Meestal wil zo’n obsessor niet, want haat is namelijk subjectief. Voedend. Na een uurtje kwam de obsessor tot het inzicht dat het beter was om vrede dan wraak en haat te voelen. Hij ging terug naar zijn eigen ziel, zodat hij zich verder kon ontwikkelen. Opgelucht verliet mijn cliënt verliet de kamer.
“Ongenode gasten” boek van Pieter Wierenga over indringers in de menselijke geest. Praktijkvoorbeelden uit regressie en reïncarnatietherapie. Hans ten Dams quote over dit boek; “Voor vrije geesten die niet bang zijn om te verdwalen, is dit boek een aanrader.
Dat veel mensen rondlopen met flarden van vorige levens, die hun ontwikkeling in de weg zitten. En wat ik zeker weet is dat als het grondig is uitgewerkt dat het, tot in het diepste van je ziel is uitgewerkt dat je het waarom snapt, en dat het onbewuste dan bewust is, en de polariteit eraf is, en dat je zeker weten vérder kunt met je leven.
Belangrijk om te weten is:
Dat ik heel gelukkig word van dit werk. Zodat ik het veel en vaak wil blijven doen. Om zoveel mogelijk mensen te bereiken ben ik bezig met een online programma dat ik al met proefpersonen gedaan heb, en waarvan de mensen heel blij zijn. En er goede resultaten zijn. Daar word ik heel blij van.
Belangrijk om te weten is:
Dat de oplossing in je probleem ligt, ik heb nog nooit gewerkt met een cliënt, die niet de oplossing in zichzelf had. Het plaatje is aan het eind van de twee uur durende sessie weer helemaal rond.
Al een tijdje was ik op zoek naar tools om meer rust in m’n hoofd te krijgen en ‘toevallig’ deelde een vriendin de oproep van Laura op Facebook.
Na een eerste aarzeling gaf ik mezelf op. Het eerste telefoontje vond ik spannend en toch voelde Laura al snel vertrouwd en voelde ik me vrij om te delen wat ik graag wilde aanpakken in ‘Van chaos naar rust’.
Het programma betekent veel graafwerk in jezelf. Veel schrijven ook en dat vond ik fijn, inclusief gebeurtenissen uit het verleden (positief en negatief) die al schrijvend en onderzoekend naar boven kwamen. Een soort achtbaan met flashbacks die zorgt voor een sterker anker (hoewel eerst ‘los’ gaat tijdens het programma) in jezelf.
Puur praktisch: de combinatie online ‘lessen’ en live sessies vond ik perfect.
Ik kon mijn eigen tempo aangeven en zo in mijn eigen tijd doen wat paste. In de afgeschermde online omgeving zie je wanneer je volgende les klaarstaat en de video’s van Laura zijn duidelijk en praktisch. Je kunt pauzeren en terugspoelen wanneer je wilt en voor de volledigheid zijn de lessen ook uitgeschreven te downloaden.
De twee live sessies waren heftig en zetten veel in beweging. Door Laura naast me tijdens de live sessie (en tijdens het hele programma trouwens) voelde ik me safe en beschermd om los te laten wat niet (meer) bij me hoort.
Tijdens het uurtje van Hoofddorp terug naar huis in de auto voelde ik me bevrijd in plaats van katterig, ondanks – of juist dankzij – tranen, lachen en een berg andere emoties.
Een 180 graden ommekeer of grote verandering merk ik niet in mezelf. Wel herken ik mezelf weer meer door het traject met Laura en sta ik nu sterker en bewuster, met meer rust dan chaos in m’n bovenkamer en dat was het doel!
24-08-2019 Tanja van den Berg
Review van Dhr. S.B.
‘’Je vraag was of ik wilde laten weten of het programma ook geschikt is voor mannen. Ik heb geen aspecten kunnen vinden die specifiek op mannen of op vrouwen zijn gericht. Bepaalde uitdagingen komt ieder mens tegen in het leven en ik weet niet of er vrouwelijke en mannelijke manieren zijn om die in kaart te brengen.
dat moet je nooit met mannen doen! Wat heel prettig is om te merken, is dat je genoeg levenservaring hebt om ook mededogen te hebben met mannelijke eigenschappen en (on)hebbelijkheden. Niets dodelijker dan therapeuten die mannen wel eens even zullen opvoeden’’.
en welke voorbeelden je daarin hebt gehad, zijn belangrijke vragen. Ik had ze al eerder beantwoord, maar het kan zeker geen kwaad daar opnieuw bij stil te staan en te zien of er nu misschien andere antwoorden komen. Ook de les over overtuigingen die iemand kan vormen, is een belangrijke. Wat de aanpak nog krachtiger zou maken, is denk ik dat je daar als therapeut uitgebreider bij stilstaat. Nu had ik soms het idee dat de sessies op zichzelf stonden en maar gedeeltelijk aansloten bij de thema’s die de in je vragenlijsten aankaartte. Natuurlijk is er veel voor te zeggen een sessie te baseren op wat er nu actueel is bij iemand, maar toch mis ik daarbij een beetje een vaste koers in het programma.
getuige de eindeloze hoeveelheid dromen die ik sindsdien heb. Er is dus kennelijk wel het een en ander losgekomen dat moet worden opgeruimd. Wel vraag ik me af of al dat gedroom niet een beetje doorschiet en er misschien nog iets moet worden afgehecht.
Je aanpak in de sessies is heel voorzichtig,
zeker in de ogen van iemand die Pieter gewend is. Daardoor vroeg ik me wel eens af of het wel iets zou doen, maar op je eigen manier kom je toch wel degelijk tot resultaat. En een van de belangrijkste dingen is veiligheid. Die heb ik bij jou zeker ervaren.
Review van Dhr. S.B.a
d.d. 23-09-2019
Privacy Overview
Deze website maakt gebruik van cookies, zodat wij u de best mogelijke gebruikerservaring kunnen bieden. Cookie-informatie wordt opgeslagen in uw browser en voert functies uit zoals het herkennen van u wanneer u terugkeert naar onze website en helpt ons team om te begrijpen welke delen van de website u het meest interessant en nuttig vindt.
U kunt al uw cookie-instellingen aanpassen door naar de tabbladen aan de linkerkant te gaan.
Noodzakelijke Cookies
Strikt Noodzakelijke Cookie moet te allen tijde worden ingeschakeld, zodat wij uw voorkeuren voor cookie-instellingen kunnen opslaan.
Als u deze cookie uitschakelt, kunnen we uw voorkeuren niet opslaan. Dit betekent dat elke keer dat u deze website bezoekt, u cookies weer moet inschakelen of uitschakelen.